Oedeemtherapie
Oedeemtherapie
Oedeemtherapie
Er zijn verschillende behandelmogelijkheden voor veneus en lymfoedeem. Veel van deze behandelmogelijkheden worden gecombineerd om zo het beste resultaat te verkrijgen.
Tijdens de initiële fase vinden er geregeld behandelingen plaats waar het aangedane ledemaat wordt gezwachteld (ambulante compressietherapie). Afhankelijk van het stadium van het lymfoedeem en de verschillende klachten zoals pijn of een bewegingsbeperking, zal manuele lymfedrainage kunnen worden toegepast. Wanneer het lymfevocht dusdanig is afgevoerd en de zwelling is afgenomen, wordt een therapeutisch elastische kous (TEK) aangemeten. Deze combinatie zorgt vaak voor het beste resultaat, een reductie van het lymfoedeem.
Doordat (lymf)oedeem een chronische aandoening is, is het belangrijk om therapietrouw te zijn. In de eerste fase zal de interval van de behandeling dicht op elkaar zitten. Wanneer het oedeem afneemt en de pijn- en/of bewegingsklachten zijn verminderd, kan de behandeling worden afgebouwd. De huidtherapeut zal hier meer over vertellen tijdens een intakegesprek.
Ambulante compressietherapie (ACT)
Deze vorm van therapie kan worden toegepast op armen of benen, maar in sommige gevallen ook op de borst. Het doel van de compressie is door middel van zwachtels druk van buitenaf te geven op het aangedane lichaamsdeel. Deze druk zorgt voor het sluiten van de kleppen en het vernauwen van de vaten, waardoor de kleppen zullen sluiten en zo het lymfevocht afgevoerd kan worden.
In de praktijk zal het aangedane lichaamsdeel middels manuele lymfedrainage (MLD) behandeld worden, waarna zwachtels worden aangebracht. ACT is onderdeel van een intensieve behandelperiode en heeft vaak een duur van twee tot vier weken.
Therapeutisch elastische kousen (TEK) en/of thoraxbandage
Nadat de gewenste afname is bereikt en de omvang stabiel blijft, wordt een kous aangemeten. Door de TEK blijft het behaalde resultaat behouden. Daarnaast zorgt de TEK voor constante tegendruk die ervoor zorgt dat lymfevocht niet terugvloeit naar het behandelde gebied.
Wanneer oedeemvorming wordt waargenomen in het borstgebied, de buik of de rug, kan een thoraxbandage worden aangemeten. Ook de thoraxbandage wordt ingezet om het behaalde resultaat te behouden.
Manuele lymfedrainage (MLD)
Tijdens de periode met ambulante compressietherapie wordt ook manuele lymfedrainage (MLD) toegepast. Dat is een speciale techniek die pijnklachten en bewegingsklachten kan reduceren. Met een zacht pompende beweging van de handen wordt het fijne netwerk van de lymfevaten direct onder de huid van het oedeemgebied geactiveerd. Met speciale handgroepen zoals oedeemgrepen wordt het overtollige lymfevocht verplaatst naar het weefsel waar het gemakkelijker opgenomen kan worden. Verhard weefsel wordt door middel van fibrosegrepen versoepeld, zodat het lymfevocht ook hier beter kan worden verplaatst en de pijnlijke plekken en stijfheid af kunnen nemen. Indien er geen ACT meer wordt toegepast kan lymfetaping na de MLD worden aangebracht.
Lymfetape
Lymfetape wordt in sommige gevallen ook ingezet als ACT lastig toe te passen is. De tape heeft een liftend effect van de bovenste huidlaag, waardoor er meer ruimte is voor het lymfevocht om zich te verplaatsen. In combinatie met ademhalings- en bewegingsoefeningen stroomt het lymfevocht naar het weefsel waar het gemakkelijker wordt opgenomen.
De huidtherapeut zal tijdens de behandeling uitleg geven over de toe te passen oefeningen die bij kunnen dragen aan de afname van lymfoedeem.
Intermitterende pneumatische compressietherapie (IPC)
Naast het toepassen van MLD kan ook intermitterende pneumatische compressietherapie (IPC) worden toegepast. IPC is een behandeling waarbij een manchet om het aangedane ledemaat wordt geplaatst. Door de manchet worden luchtdrukgolven geleid die de afvoer van lymfevocht bevorderen. De hoogte van de druk, de compressietijd en de pauze tussen de drukgolven worden afgestemd op de patiënt.
Lipoedeem
Het behandeltraject bij lipoedeem bestaat uit dezelfde behandelingen als lymfoedeem. Indien er sprake is van lipoedeem wordt in eerste instantie gewerkt aan de aanwezige pijnklachten. Wanneer er ook sprake is van een lymfatisch component (lymfoedeem), wordt ook ACT ingezet. De opbouw van de behandeling bij lipoedeem zal langzamer verlopen dan bij de andere vormen van oedeem. Dit heeft te maken met de pijnklachten die aanwezig kunnen zijn. Vaak geeft het afnemen van die pijnklachten al veel voldoening.